De koper, bvba Intervervoer Mermans, dient de bijzondere verkoopsvoorwaarden van industriegronden van 13 november 1989 na te leven.
De aanwervingsvoorwaarden voor stielman moeten aangepast worden naar analogie met de nieuwe lay-out en inhoud.
De syndicale organisaties hebben op 15 september 2021 een protocol van akkoord verleend.
Er wordt een vacature opengesteld voor 'Stielman bestuurder'. De aanwervingsvoorwaarden voor stielman moeten aangepast worden naar analogie met de nieuwe lay-out en inhoud.
De aanwervingsvoorwaarden voor de betrekking van 'stielman' worden goedgekeurd.
Dit besluit wordt, met alle bijlagen, overgemaakt aan de provinciegouverneur (Agentschap voor Binnenlands Bestuur - Afdeling Antwerpen).
De aanwervingsvoorwaarden moeten aangepast worden naar analogie met de aanwervingsvoorwaarden van ploegbaas. De examenprocedure werd uitgebreid met psychotechnische proeven.
De syndicale organisaties hebben op 15 september 2021 een protocol van akkoord verleend.
Eén van de twee logistiek medewerkers schoonmaak veranderde op eigen verzoek terug naar de functie 'poetsmedewerker'. Er moet een nieuwe logistiek medewerker aangesteld worden.
De aanwervingsvoorwaarden voor de betrekking van logistiek medewerker schoonmaak worden goedgekeurd.
Dit besluit wordt, met alle bijlagen, overgemaakt aan de provinciegouverneur (Agentschap voor Binnenlands Bestuur - Afdeling Antwerpen).
De steden Turnhout en Hoogstraten en de gemeenten Rijkevorsel, Beerse, Vosselaar, Ravels, Arendonk, Baarle-Hertog en Merksplas (deze laatste als penvoerende gemeente) hebben met Vlaanderen een overeenkomst afgesloten om tot 31 augustus 2021 de contact-tracing (optie 2) op zich te nemen. De Eerstelijnszone Kempenland staat in voor de uitvoering.
Het nieuw besluit van de Vlaamse Regering beëindigt de mogelijkheid om optie 2 (contact-tracing) verder te zetten. Het is wel mogelijk om eventueel over te schakelen op optie 1 (preventie, sensibilisering, quarantaine coaching en bronopsporing) van 1 september tot en met 15 oktober 2021 met een financiering van 0,125 euro per inwoner per maand.
Uit het overleg met de burgemeesters, algemeen directeurs en de Eerstelijnszone Kempenland van 6 augustus blijkt de noodzaak / het nut voor een verderzetting via optie 1. Weliswaar met een afgebouwd team.
De gemeenteraad is bevoegd om onderhavig besluit te nemen.
Zo de gemeenteraad niet tijdig kan samenkomen om onderhavig besluit te nemen, kan op grond van artikel 269 van het Decreet Lokaal Bestuur bij hoogdringendheid de samenwerkingsovereenkomst goedkeuren met het oog op het bekomen van de nodige accounts doch onder voorbehoud van bekrachtiging van deze beslissing op de eerstvolgende gemeenteraad waarop dit wetmatig kan geagendeerd worden.
Artikel 191 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie verankert het voorzorgsbeginsel in het kader van het beheer van internationale gezondheidscrisissen en van de actieve voorbereiding van zulke potentiële crisissen. Dit beginsel houdt in dat, wanneer een ernstig risico hoogstwaarschijnlijk werkelijkheid zal worden, het aan de overheid is om dringende en voorlopige maatregelen te nemen;
Gelet op de oproep van de Vlaamse Regering van 16 oktober 2020, verankerd in het BVR van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, aan alle Vlaamse gemeenten om aanvullend en ondersteunend aan de reeds bestaande initiatieven bijkomende engagementen op te nemen in deze strijd;
Gelet op het toegenomen belang van lokale bronopsporing in Vlaanderen in het kader van de bestrijding van de COVID-19-pandemie, is het noodzakelijk dat de gemeente zo snel mogelijk met haar engagementen kan opstarten/verderzetten, zodat geen kostbare tijd verloren gaat.
Om te kunnen op opstarten/verderzetten is de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst of addendum met bijlagen vereist. Op basis daarvan ontvangt de gemeente tevens de nodige accounts voor van de verschillende platformen.
De nodige stukken hiertoe werden sedert 7 december 2020 door de Vlaamse overheid ter beschikking gesteld.
Sedert de opstart vormt bronopsporing en quarantaine-coaching een belangrijk beheersinstrument om:
Bij bronopsporing wordt gezocht van wie de besmette persoon zelf de besmetting heeft opgelopen. Bronopsporing heeft als voordeel dat heel gericht kan gezocht worden waar de besmettingen vandaan komen en de lokale besturen als beleidsmakers heel gericht maatregelen (preventie, sensibilisering, handhaving) kunnen nemen.
Als enige niveau ondernemen lokale besturen concrete acties om de bronopsporing te versterken. Ze leggen verbanden door analyse van de beschikbare gegevens, inclusief de gegevens verkregen uit de samenwerkingsovereenkomst met de zorgraad, waardoor ogenschijnlijk willekeurige besmettingen tot één en dezelfde bron kunnen worden teruggebracht om op die manier verdere verspreiding van COVID-19 te beperken door het aanpassen van het lokale beleid inzake infectiebestrijding. Wanneer zij hotspots detecteren, nemen zij eveneens maatregelen om deze te isoleren en zo mogelijk in te perken.
Intussen vordert de vaccinatiecampagne in Vlaanderen met rasse schreden. Niettemin zal bronopsporing de komende maanden nodig blijven. Dit blijft een tweede belangrijke beschermingslinie tegen de verspreiding van het virus.
Uit 2020 leerden we dat de combinatie van versoepelingen van de maatregelen die de verspreiding van het coronavirus moesten indijken in de lente- en zomermaanden, de terugkeer van vakantiegangers en het slechter wordende weer naar het einde van de zomer toe mogelijk aanleiding gaven tot de tweede en meest dodelijke golf van de corona-pandemie in België. Het begin van de tweede golf werd door Sciensano vastgesteld op maandag 31 augustus 2020.
De vaccinatiecampagne draait weliswaar op volle toeren, maar het zal vermoedelijk nog tot het najaar 2021 duren vooraleer de vaccinatiegraad voldoende hoog is om groepsimmuniteit te bekomen.
We verwijzen hierbij ook naar het Hoog Overlegcomité in haar verslag van 18 juni 2021 (2020C80750.002): “Het virus zal de volgende maanden blijven circuleren. Bovendien is het risico op nieuwe varianten reëel, die mogelijks een hogere besmettelijkheid en ziektegraad veroorzaken. In dat verband heeft het Comité kennis genomen van de huidige situatie met betrekking tot de delta-variant. Alleen een zo breed mogelijke vaccinatiecampagne biedt hier een afdoend antwoord op. Verder is het belangrijk dat de verschillende onder(delen van een deugdelijk risicobeheer, met name preventie, testing, isolatie en quarantaine, contactopvolging, outbreak management, ventilatie, enz. op een adequaat en doeltreffend niveau worden gehandhaafd.”.
Uit de evaluatie van de periode 1 november 2020 tot en met 31 maart 2021 blijkt de meerwaarde van de lokale besturen. Door hun direct contact met de burger en diepgaande kennis van de lokale situatie kunnen de lokale besturen de bronopsporing en quarantainecoaching heel doeltreffend aanpakken. Hierbij gebruiken ze verschillende acties en methodieken om nieuwe uitbraken en nieuwe besmettingen snel te lokaliseren en te bekampen. In aanvulling van de centrale contacttracing op het Vlaamse niveau konden de lokale besturen fysieke hulp bieden of zelfs beschermingsmateriaal ter beschikking stellen.
Op 16 juli 2021 heeft de Vlaamse Regering met het besluit van de Vlaamse regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken (hierna BVR 16 juli 2021) de contouren voor de complementaire werking en inzet in preventie, sensibilisering, lokale bronopsporing, quarantaine-coaching en aandacht voor kwetsbare personendoor lokale besturen na 31 augustus 2021 uitgewerkt, met een bijhorende subsidie voor optie 1.
Besturen die op basis van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken (hierna: BVR 13 november 2020) en/of het BVR van 23 april 2021 geen samenwerkingsovereenkomst hebben afgesloten met het Agentschap Zorg en Gezondheid, kunnen vanaf 1 september 2021 alsnog een overeenkomst voor optie 1 afsluiten.
De lokale besturen werken in al deze opdrachten ondersteunend en/of aanvullend op de werking van de COVID-19-teams binnen de zorgraden alsook op de werking van de centrale contactcenters.
De gemeenten die inzetten op optie 1 (sensibilisering / communicatie, preventie, bronopsporing en quarantaine-coaching) krijgen een forfaitaire subsidie van € 0,125 per inwoner per maand voor een periode van 1 september 2021 tot en met 15 oktober 2021
De gemeente wil, na overleg met alle betrokken diensten, complementair inzetten op optie 1.
Hiertoe wordt door de gemeente een samenwerkingsovereenkomst opgesteld met het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid.
Het opnemen van deze engagementen geschiedt met inachtneming van de bescherming van de privacy van de burgers, zoals onder meer gewaarborgd door de algemene verordening gegevensbescherming (AVG).
De gemeente doet beroep op de Eerstelijnszone Kempenland voor de nodige capaciteit en middelen om dit engagement kwaliteitsvol op te nemen.
De engagementen die de gemeente opneemt, doen geen afbreuk aan de engagementen die de gemeente in de bestrijding van de coronapandemie reeds opgenomen worden binnen de werking van de ELZ. Integendeel, ze zijn bedoeld om deze werking nog te versterken.
De gemeenteraad neemt kennis van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
De gemeenteraad bekrachtigt het besluit van burgemeester en schepenen van 12 augustus 2021 houdende goedkeuring voor het opnemen van complementaire engagementen - in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen - om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
De gemeente Merksplas treedt hierbij op als penvoerende gemeente, mede namens de gemeenten Turnhout, Hoogstraten, Rijkevorsel, Beerse, Vosselaar, Arendonk, Ravels en Baarle-Hertog.
Het is opportuun ‘postelboer’ ten dele aan te kopen, zoals beschreven in het gevoegde ontwerp van notariële akte, bepaaldelijk:
Het betreft bepaaldelijk de aankoop van de percelen kadastraal gekend als afdeling 1, sectie A, nummers 1303/D, 1304/A, 1304/B, 1305/B, een gebouw 1303/H/deel, en een perceel 1307/D/deel, zoals afgebeeld op het gevoegde opmetingsplan
Aldus worden niet aangekocht: feestzaal, huis en parking.
De aankoop geschiedt mits de prijs van € 280.000, en om reden van openbaar nut, bepaaldelijk tot het bestendigen en uitbreiden van de gemeentelijke infrastructuur van lokale sport- en recreatievoorzieningen.
'Postelboer' staat te koop.
De gemeenteraad hecht goedkeuring aan het ontwerp van notariële akte houdende de gedeeltelijke aankoop van ‘postelboer’ mits de prijs van € 280.000.
De gemeenteraad machtigt burgemeester K. Hendrickx en algemeen directeur K. Wouters om, namens de gemeente Arendonk, op te treden bij het verlijden van de notariële akte.
De aanvraag voorziet in het aanleggen van wegenis-, rioleringsinfrastructuur en 5 parkeerplaatsen en bouwen van 21 eengezinswoningen met ondergrondse parkeergarage (32 plaatsen) en 21 tuinhuizen. De ondergrondse parkeergarage is rechtstreeks toegankelijk voor auto's via een helling bij het binnenrijden van de projectzone. Bezoekers kunnen de bezoekersparkeerplaatsen gebruiken aan de ingang van de projectzone. Het verdere binnengebied is enkel voor auto's toegankelijk voor laden en lossen en verhuisbewegingen en hulpdiensten door een wegenis half voorzien in grasbetontegels en half in een betonnen wandel- en fietspad. Het binnengebied wordt verder ingericht met een regenwaterinfiltratiebekken en -gracht en aangeplant met hoogstammige bomen van linde, grauwe els, hemelboom, tulpenboom en Turkse hazelaar.
Het projectgebied heeft een totale oppervlakte van 5 715 m². Binnen het project worden 21 woongelegenheden voorzien, waardoor de woondichtheid 36,75 woningen per hectare bedraagt. Door het project wordt een oppervlakte van 2 667 m² overgedragen en toegevoegd aan het openbaar domein, zoals weergegeven op het rooilijnplan BA_723.ALG_I_N_128_rooilijnenplan van 31 mei 2021. De aanvrager voegde daarvoor een verklaring van kosteloze grondafstand bij de aanvraag, genoemd '723_Arendonk Hokken verklarende nota BA'.
Bij aanvang van het project werd tussen de aanvrager en het gemeentebestuur overeengekomen om een sociale last aan het project te verbinden van 15% van het aantal woongelegenheden of in dit geval 3 woongelegenheden. De aanvrager koos ervoor deze sociale last niet in natura te realiseren, maar koos voor de storting aan de gemeente van een bijdrage. Het bedrag van deze bijdrage is gebaseerd op het huidig forfaitair maximum bedrag dat de sociale huisvestingsmaatschappijen in Arendonk betalen voor het grondaandeel per woning bij de aankoop van gronden bestemd voor sociale woningbouw. Dit vermenigvuldigd met het aantal sociale woongelegenheden waarvoor de last niet in natura wordt uitgevoerd. Dat geeft i.c. 3 x € 25.000 of € 75 000. De bijdrage zal worden ingezet ten bate van het gemeentelijk sociaal of bescheiden woonaanbod. De aanvrager ondertekende hiervoor een éénzijdige verklaring (Arendonk - Hokken sociale last).
Daarnaast is de aanvrager vanuit het grond- en pandendecreet verplicht te voorzien in een bescheiden woonaanbod van minstens 20% van het aantal voorziene woongelegenheden. Dat zijn i.c. 5 woongelegenheden. De aanvrager realiseert dit bescheiden woonaanbod in natura door te voorzien in woningen die voldoen aan het decretaal bepaalde bruto volume van ten hoogste 550 m³. De 12 woningen voldoen aan deze voorwaarde: woningen 2, 6, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 20 en 21.
De omgevingsraad verleende op 25 februari 2021 een gunstig advies omtrent de aanvraag OV/OP/2020/120. Deze aanvraag is slechts in beperkte mate gewijzigd ten opzichte van de vorige aanvraag, zodat geen hernieuwd advies werd ingewonnen.
Bespreking van de bezwaren met betrekking tot de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg
Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werd 1 bezwaarschrift ingediend. Enkel de bezwaren die betrekking hebben op de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg dienen door de gemeenteraad behandeld te worden. De indiener meldt dat ter hoogte van haar eigendom houten paaltjes werden geslagen, waarvan de inplanting niet overeenstemt met de grenspalen van haar eigendom.
Artikel 78 §1 van het omgevingsvergunningsdecreet stelt dat de omgevingsvergunning een zakelijk karakter heeft. Ze wordt verleend onder voorbehoud van de burgerlijke rechten die betrekking hebben op het onroerend goed. Beslissingen genomen op grond van het omgevingsvergunningsdecreet doen geen afbreuk aan de burgerlijke rechten van derden. Het is derhalve niet de taak van de vergunningverlenende overheid om na te gaan of de begunstigde van de vergunning tevens beschikt over de nodige rechten of titels om de vergunning uit te voeren. Bovenvermelde aspecten worden niet beoordeeld tijdens huidige procedure.
De mogelijke discussie met betrekking tot de grensligging tussen het privatieve en gemeenschappelijke eigendom is zuiver burgerrechtelijk van aard. Ook is het perfect mogelijk een omgevingsaanvraag voor bepaalde werken in te dienen zonder de effectieve eigenaar te zijn van het perceel.
De aanvraag, de zaak der wegen, het wegtracé en het rooilijnplan dienen door de gemeenteraad behandelt te worden, zoals voorzien in de aanvraag. Als de aanvrager geen zakelijke rechten heeft op dit perceel, kan hij de aanvraag en in het bijzonder het wegtracé en rooilijnplan niet realiseren en moet hij een gewijzigde aanvraag indienen.
Naar aanleiding van de ingetrokken aanvraag nr. OV/OP/2020/120 werd een bezwaar ingediend dat meldde ter hoogte van perceelsgrens van de aanvraag met perceel 1 A 1205 C4 een zeer oude lindeboom staat, die de indiener niet verloren wil laten gaan. De huidige aanvraag werd hieraan aangepast: het kruiwagenpad werd verlegd, de boom blijft behouden en de wortelzone wordt gevrijwaard van verhardingen.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen met betrekking tot de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg
Het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer) en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer zijn van toepassing op de aanvraag.
De aanvraag met bijgevoegde ontwerpplannen is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer. De voorziene voetpaden (zg. kruiwagenpaden) hebben een breedte van 1,50 meter, de centrale weg heeft een breedte van 2,1 meter. Het terrein is over het algemeen vlak, waardoor er geen hellingbanen voor voetgangers voorzien worden.
Toetsing aan de doelstellingen en principes van het gemeentewegendecreet
De aanvraag voldoet aan de bepalingen van art. 3 van het decreet gemeentewegen. De aanvraag draagt immers bij aan de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau en herwaardeert en beschermt het fijnmazig netwerk van trage wegen op functioneel en recreatief vlak. Het project voorziet in een kruiwagenpad aan de achterzijde van de tuinen, waar ook de aanpalende eigenaars (Wampenberg, Molenzicht en Hokken) gebruik van kunnen maken. Het project realiseert verder een autovrij binnengebied (enkel voor laden en lossen en verhuisbewegingen), met 5 parkeerplaatsen aan de ingang van de projectzone. Het project kan verder de aanzet vormen in een toekomstige voet- en fietsverbinding tussen Hokken en Wampenberg of Molenzicht, wanneer zich aldaar bij een project de kans aanbiedt tot realisatie van dergelijke verbinding vanaf het huidig te ontwikkelen binnengebied tot één van beide straten.
De aanvraag voldoet aan de bepalingen van art. 4 van het decreet gemeentewegen. De aanvraag dient het algemeen belang: een nieuwe openbare wegenis wordt aangelegd in functie van de realisatie van 21 eengezinswoningen en vergroot de oppervlakte aan publieke ruimte in de kern van Arendonk. De aanvraag verbetert de ontsluiting van de aangrenzende percelen door te voorzien in een kruiwagenpad langsheen de buitenste perceelsgrenzen. In een latere fase behoort een trage weg tussen het binnengebied en Molenzicht of Wampenberg tot de mogelijkheden. De aanvraag heeft geen gemeentegrensoverschrijdend perspectief en houdt rekening met de actuele functie van Hokken als gewestweg en behoudt deze. Het agentschap Wegen en Verkeer gaf op 24 september 2021 een gunstig advies.
Artikel 28, §1 van het decreet gemeentewegen voorziet dat de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg aanleiding kan geven tot een waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden waarop de gemeenteweg gesitueerd is. Art. 28, §4 bepaalt dat de aanleiding tot waardevermindering of -vermeerdering geen afbreuk aan de mogelijkheid voor vergunningverlenende overheden tot het opleggen van de last tot gratis overdracht van in een vergunningsaanvraag vermelde openbare wegen en aanhorigheden en van de gronden waarop die worden of zullen worden aangelegd, vermeld in artikel 75, derde lid, van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. Onderhavig besluit voorziet in de last tot gratis overdracht van de in de vergunningsaanvraag vermelde openbare wegen en aanhorigheden en van de gronden waarop die worden of zullen worden aangelegd in toepassing van dit artikel 28, §4 van het decreet gemeentewegen.
Op 2 juni 2021 werd een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend door Vosselaars bouwbedrijf bvba, Augustijnenlaan 29 bus 2020 in Herentals, voor het vellen van 4 bomen, slopen van een woning en bijgebouwen, aanleggen van wegenis-, rioleringsinfrastructuur en 5 parkeerplaatsen en bouwen van 21 eengezinswoningen met ondergrondse parkeergarage (32 plaatsen) en 21 tuinhuizen (12 m²) - gewijzigde aanvraag, op de percelen gelegen in het binnengebied tussen Hokken, Wampenberg en Molenzicht in Arendonk, kadastraal gekend als afd. 1, sectie A, nrs. 1210M2, 1210V, 1210W, 1216T2, 1221E en 1222M.
De aanvraag werd volledig en ontvankelijk verklaard door de gemeentelijke omgevingsambtenaar op 13 augustus 2021, nadat op eerder om bijkomende informatie was verzocht.
De aanvraag werd aan een openbaar onderzoek onderworpen van 19 augustus 2021 tot en met 17 september 2021. Tijdens het openbaar onderzoek werden 1 bezwaarschrift ontvangen.
De gemeenteraad neemt kennis van het resultaat van het openbaar onderzoek omtrent voornoemde omgevingsvergunningsaanvraag nr. OV/OP/2021/103 waaruit blijkt dat er 1 bezwaarschrift werd ingediend.
Aan de vergunninghouder wordt een sociale last opgelegd van 15% van het aantal woongelegenheden, i.c. 3 woongelegenheden, dewelke gerealiseerd moet worden door de storting aan de gemeente van een financiële bijdrage van € 75 000. De bijdrage is uiterlijk betaalbaar bij de eerste voorlopige oplevering van, ofwel de omgevingsaanlegwerken ofwel de privatieve bouwwerken. De bijdrage zal worden ingezet ten bate van het gemeentelijk sociaal of bescheiden woonaanbod.
De gemeenteraad keurt de zaak der wegen goed, zoals voorgesteld op het plan 'BA_723.ALG_I_N_102_Inplantingsplan nieuw' van de omgevingsvergunningsaanvraag nr. OV/OP/2021/103, opgemaakt door architectenbureau Louis Caron bvba, gelegen op de percelen gelegen in het binnengebied tussen Hokken, Wampenberg en Molenzicht in Arendonk, kadastraal gekend als afd. 1, sectie A, nrs. 1210M2, 1210V, 1210W, 1216T2, 1221E en 1222M betreffende het vellen van 4 bomen, slopen van een woning en bijgebouwen, aanleggen van wegenis-, rioleringsinfrastructuur en 5 parkeerplaatsen en bouwen van 21 eengezinswoningen met ondergrondse parkeergarage (32 plaatsen) en 21 tuinhuizen (12 m²) - gewijzigde aanvraag.
Aan de vergunninghouder wordt wordt ten laste gelegd, de uitvoering op zijn kosten van volgende infrastructuurwerken tot volledige uitrusting van de omgevingsaanleg van de omgevingsvergunningsaanvraag OV/OP/2021/103, zijnde: wegverhardingen en parkeerplaatsen, regen- en afvalwaterriolering en regenwaterinfiltratie of -buffering, groenaanplantingen, openbare verlichting, waterleidings-, elektriciteits-, t.v.-distributie en alle daarbij horende aanhorigheden. De volgende infrastructuurwerken worden daarvan expliciet uitgesloten: aardgasnet, onder voorwaarde dat de te bouwen woningen een E-peil hebben van maximaal E20 of zelf voorzien in hun eigen verwarmingsbehoefte door middel van hernieuwbare energiebronnen.
Na aanleg en voorlopige aanvaarding van de opgelegde infrastructuurwerken tot uitrusting van het project dienen de infrastructuur en de private gronden, begrepen in de nieuwe wegzate ter grootte van 2 667 m², zoals aangeduid op het plan 'BA_723.ALG_I_N_128_rooilijnenplan' van de omgevingsvergunningsaanvraag nr. OV/OP/2021/103, kosteloos aan de gemeente te worden afgestaan bij authentieke akte.
De infrastructuurwerken tot uitrusting van het project zullen door de zorgen van een ontwerper worden aanbesteed op plan en lastenboek door de gemeenteraad goed te keuren. De aanbesteding is niet vereist voor de aanleg van openbare verlichting, waterleiding-, (gas-,) elektriciteits-, t.v.-distributie- en telecommunicatienet, indien beroep wordt gedaan op de daartoe bevoegde vergunninghoudende maatschappij of dienst.
De toewijzing van de werken aan de aannemer zal slechts mogelijk zijn na akkoord van het college van burgemeester en schepenen.
De infrastructuurwerken tot uitrusting van het project dienen uitgevoerd te worden onder (mede)toezicht en volgens de aanwijzingen van de gemeente.
De aanvrager moet alle waarborgen die zouden geëist worden door de gemeente of de vergunninghoudende nutsmaatschappijen voor de infrastructuurwerken en voor de aanleg van openbare verlichting, waterleidings-, gas-, elektriciteits-, t.v.-distributie- en telecommunicatienet ten zijne laste te nemen. De waarborg wordt verhoogd met 10% van de aanbestedings- of geraamde bedragen. De waarborg dient gesteld vóór de aanvang van de werken.
De gemeenteraad gelast het college van burgemeester en schepenen om de genoemde artikels 3 tot en met 8 als lasten aan de omgevingsvergunning van onderhavige aanvraag te verbinden.
Het gemeentebestuur maakt momenteel deel uit van de sociale huisvestingsmaatschappijen bouwmaatschappij De Noorderkempen cvbaso, De Ark nvso en sociaal verhuurkantoor Noorderkempen vzw. Met het voorliggende voorstel van afbakening ontstaat een werkingsgebied binnen de referentieregio Kempen met 1 303 sociale huurwoningen van de sociale huisvestingsmaatschappijen, exclusief de 42 woningen die op de private markt worden ingehuurd, de huidige SVK-woningen (data d.d. 31 december 2020) dat bijgevolg de minimale grens van 1.000 sociale huurwoningen overschrijdt. Het werkingsgebied van de woonmaatschappij vormt geen geografisch aansluitend geheel, daarop wordt in het aanvraagformulier onder punt 4 een gemotiveerde afwijking gevraagd.
Het bijgevoegde aanvraagformulier en het bijgevoegde verslag van het lokaal woonoverleg geven aan dat voldaan wordt aan de vooropgestelde Vlaamse criteria (uitgez. geografisch aaneensluitend werkingsgebied) en dat er consensus is onder de betrokken actoren betreffende het voorliggende voorstel tot afbakening van werkingsgebied.
De regelgeving schrijft voor dat de lokale besturen die samen het werkingsgebied vormen over minimaal 50 % +1 van de stemrechten beschikken en dat de overige stemrechten (= max. 50%-1) worden verdeeld over de publieke (Vlaams gewest, provincie) en private aandeelhouders. Aan de gemeenten wordt gevraagd om bij hun voorstel tot afbakening van de toekomstige woonmaatschappij ook reeds in te gaan op de verdeling van de stemrechten tussen de lokale besturen en dit op basis van objectieve criteria in functie van het sociaal woonbeleid. Onder de betrokken lokale besturen en woonactoren is er heden nog geen afspraak over de verdeling van de stemrechten tussen de lokale besturen. Mogelijke objectieve criteria kunnen onder meer zijn het aantal sociale huurwoningen of het aantal huishoudens.
Vanuit de betrokken lokale besturen en woonactoren werd een visietekst uitgeschreven met betrekking tot de gemeenschappelijke principes voor de toekomstige woonmaatschappij die minimaal nagestreefd zullen worden, zoals opgenomen in bijlage.
Tegen 1 januari 2023 moeten de sociale huisvestingsmaatschappijen en sociale verhuurkantoren één woonactor vormen met maar één speler per gemeente: de woonmaatschappij. De Vlaamse overheid wenst met de vorming van de woonmaatschappij de dienstverlening te verhogen, de complementaire werking van het sociaal verhuurkantoor en de sociale huisvestingmaatschappij te verenigen, de transparantie te verhogen en de regierol van het lokaal bestuur te doen primeren en de lokale betrokkenheid en zeggenschap te waarborgen.
De burgemeesters ontvingen op 23 oktober 2020 en 18 maart 2021 een schrijven van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed met de oproep om het afbakeningsproces van de nieuwe woonmaatschappij op te starten en om een voorstel van werkingsgebied voor de woonmaatschappijen in te dienen tegen 31 oktober 2021.
De afbakening van het werkingsgebied werd meermaals besproken op de Conferentie van Kempense Burgemeesters in 2020 en 2021 en in de stuurgroep ‘afbakening woonmaatschappij’ met een afvaardiging van de 29 Kempense gemeenten en de betrokken woonactoren in 2020 en 2021. Daarnaast waren er diverse besprekingen tussen lokale besturen onderling en tussen de lokale besturen en de woonactoren op het niveau van het voorliggende werkingsgebied.
Op 13 juli 2021 vond er een bespreking plaats met Wonen-Vlaanderen en een afvaardiging van de agendacommissie van de Conferentie van Kempense Burgemeesters, waar het bestuursmodel zoals toegelicht tijdens de Conferentie van Kempense Burgmeesters d.d. 3 juli 2021 grondig werd besproken.
Het voorstel tot afbakening van het werkingsgebied van de toekomstige woonmaatschappij werd besproken tijdens het lokaal woonoverleg van 16 september 2021, waarvan het verslag in bijlage is toegevoegd. Het verslag van dit woonoverleg werd na advies van de lokale woonactoren per email aangevuld op 7 oktober 2021. De lokale woonactoren verleenden een gunstig advies omtrent het voorgestelde werkingsgebied dat de gemeenten Arendonk, Hoogstraten, Merksplas, Ravels en Rijkevorse omvat.
Het lokaal bestuur van Arendonk wenst aan te sluiten bij een werkingsgebied van de toekomstige woonmaatschappij samen met volgende gemeenten: Hoogstraten, Merksplas, Ravels en Rijkevorsel. Dit voorstel van werkingsgebied zal overgemaakt worden via woonmaatschappij@vmsw.be, samen met het aanvraagformulier en het verslag van het lokaal woonoverleg.
Het lokaal bestuur neemt akte van de positief geformuleerde adviezen van de betrokken woonactoren.
Per email van 8 oktober 2021 laat dhr. Paul Cornelissen, zaakvoerder van bvba Intervervoer Mermans, gevestigd Hoge Mauw 190 in Arendonk, weten dat het betrokken eigendom niet zal verkocht worden aan bv Move Intermodal, maar wel aan bvba Intervervoer Mermans. Deze wijziging is gebaseerd op een doorgedreven samenwerking tussen beide bedrijven.
Bvba Intervervoer Mermans is momenteel gevestigd Hoge Mauw 190 in Arendonk en huurt deze bedrijfsgebouwen van bvba Meblo. Ze wensen in de toekomst te verhuizen naar het betrokken terrein.
Gelet op de bijzondere voorwaarden, opgenomen in de notariële akte van ruiling van 15 januari 1980, in het bijzonder de voorwaarde "1. De voormelde grond niet te vervreemden tenzij mits voorafgaande toestemming van de gemeente-ruilster, en aan een natuurlijk of rechtspersoon die de verplichting op zich moet nemen op zijn beurt de terreinen uitsluitend voor industriële doeleinden aan te wenden en tevens ook de volgende aan de kopers opgelegde en door haar aangenomen voorwaarden te eerbiedigen."
Gelet op de thans geldende bijzondere verkoopsvoorwaarden vastgelegd bij gemeenteraadsbesluit van 13 november 1989.
Gelet op de voorziene verkoopprijs.
Bij besluit van 13 augustus 1979 verleende de gemeenteraad toelating onder voorwaarden tot de ruiling met pvba Arbefa van een perceel industriegrond met een oppervlakte van 11 664 m², gelegen in Arendonk, Hoge Mauw 640, thans afd. 2, sectie C, nr. 1814 H/deel (toenmalig 2 C 1790, 1791 en 1792/deel) tegen een industrieterrein met een oppervlakte van 3 978 m², thans kadastraal gekend als afd. 2, sectie C 1798 (toenmalig 2 C 1798 A), met een opleg van 1 076 040 BEF. De akte van ruiling werd verleden op 15 januari 1980 voor notaris Van Gansewinkel.
Bij besluit van 27 juni 2016 verleende de gemeenteraad toelating onder voorwaarden tot de verkoop van onder meer lot 3 met een oppervlakte van 10 305 m² van nv Marshalls aan vennootschap K.K.R in oprichting met zetel in Arendonk, Berendonk 20, mits de koper de bijzondere verkoopsvoorwaarden van industriegronden van 13 november 1989 en de bouwvoorschriften naleeft en mits deze bijzondere verkoopsvoorwaarden worden opgenomen in de notariële verkoopakte.
Aan nv KKR, met als zetel Berendonk 20 in Arendonk, wordt onder voorwaarden toelating verleend tot verkoop van het industrieterrein met nijverheidsgebouw, gelegen in Arendonk, Hoge Mauw 590, kadastraal gekend als 2de afd., sectie C, nr. 1814 H met een totale oppervlakte van 10 305 m² aan bvba Intervervoer Mermans met zetel in Arendonk, Hoge Mauw 190, met ondernemingsnr. 0437.157.818.
De koper, bvba Intervervoer Mermans, dient de bijzondere verkoopsvoorwaarden, onder meer opgenomen in de akte van ruiling van 15 januari 1980 met pvba Arbefa na te leven.
De koper, bvba Intervervoer Mermans, dient de bijzondere verkoopsvoorwaarden van industriegronden van 13 november 1989 na te leven.
De bijzondere verkoopsvoorwaarden 15 januari 1980 en van 13 november 1989 dienen opgenomen te worden in de notariële verkoopakte.
De gemeente Arendonk zal geen gebruik maken van haar recht van voorkoop.
De directeur van de academie organiseerde in het schooljaar 2020-2021 voor alle personeelsleden twee workshops onder begeleiding van vzw IN-Z om de basis van de visie van de academie samen vast te leggen. De pedagogisch coördinator en een werkgroep van 12 personeelsleden, onder leiding van de directeur, finaliseerden daarna samen de visietekst. Deze visietekst werd op de personeelsvergadering van 27 augustus 2021 unaniem goedgekeurd.
Decreet betreffende het deeltijds kunstonderwijs van 9 maart 2018
De gemeenteraad moet voor elk van zijn academies een Artistiek Pedagogisch Project (APP) uitschrijven.
De gemeenteraad onderschrijft de visie van het Artistiek Pedagogisch Project (APP) voor Academie Arendonk.
De directeur van de academie organiseerde in het schooljaar 2020-2021 voor alle personeelsleden twee workshops onder begeleiding van vzw IN-Z om de basis van de visie van de academie samen vast te leggen. De pedagogisch coördinator en een werkgroep van 12 personeelsleden, onder leiding van de directeur, finaliseerden daarna samen de visietekst. De werkgroep selecteerde na onderzoek het raamleerplan Kunstig Competent Beeldende en Audiovisuele Kunsten (versie 2021), welk het meest aansluit bij deze visietekst.
De visietekst werd op de personeelsvergadering van 27 augustus 2021 unaniem goedgekeurd en iedereen stemde in met het raamleerplan Kunstig Competent Beeldende en Audiovisuele Kunsten (versie 2021)
Decreet betreffende het deeltijds kunstonderwijs van 9 maart 2018
Alle academies zijn verplicht om voor elke opleiding een leerplan te volgen dat door de onderwijsinspectie is goedgekeurd. Het leerplan wordt door de gemeenteraad vastgelegd.
De gemeenteraad legt het raamleerplan Kunstig Competent Beeldende en Audiovisuele Kunsten (versie 2021) vast voor Academie Arendonk.